Stukken door Jelle Stiphout:

-A Forbidden Love in A Play of Lines (2011)

Een Engelstalig duister sprookje geschreven ter gelegenheid van een tentoonstelling over het werk van Sol Lewitt en Bruce Nauman in het Bonnefantenmuseum Maastricht. Over een boze tekenaar die levenslijnen trekt, een Prinses, boze Koningin, homosexuele Koning en de rebel die anders wilde. "Follow the line!"


-Five Heads, an executioner's tale (2011)

(Samen met Samuel A. Bom)

Een Shakespeareaans geschreven stuk op rijm over het grote verraad van Pater Vinck en de geschiedenis van de Vief Köp in Maastricht. Vijf dolende geesten die ruzien over wie de fatale fout maakte en een beul die het verhaal voor eeuwig zal moeten vertellen, nemen u mee in de bloedige geschiedenis van een van de grootste horrorverhalen van Maastrichtse bodem.


-Si Fallor Sum (2012)

"Si fallor sum" ('als ik een fout maak dan ben ik') neemt ons mee op een avond in een café die in geen enkel opzicht bijzonder is. Het enige is dat de bezoekers praten in rijm. Dynamische en door elkaar lopende gesprekken, zoals je die in een café wel eens opvangt, zijn het gevolg. Waar het ene gesprek stilvalt, vult het volgende gesprek de stilte en lijken zo, ook al gaan ze over iets heel anders, bijna over hetzelfde te gaan.


-L'État C'Est Moi! (2012) 

L'État C'est Moi is een onheldhaftig heldenverhaal, dat ons vertelt over de Zonnekoning en zijn kornuiten en bovenal over hoe D'Artagnan niet sneuvelde voor Maastricht. Een sterk verhaal over dansende koningen, Engelse bastaard zoontjes en een held die op een onrechtvaardige, onverdraagzame, ondraaglijke en lafhartige manier zeer spijtig aan zijn einde kwam.


-De Gang of Het Firmament, een gitzwarte deurenklucht (2013) 

Een Gang. Niet veel bijzonders. Kamers, en in die kamers wonen mensen. Oude mensen, jonge mensen, dikke mensen, dunne mensen, grote mensen, kleine, allerlei mensen. Irritante kinderen wonen er ook, oude beleefde dames, vriendelijke buurmannen, roddelende buurvrouwen, niet veel zeggende figuren en ook mensen waarbij je liever uit de buurt blijft. Er is en portier, die weet waar de mensen wonen, en een conciërge die morgen de kraan van de buurvrouw repareert. Zoals ik zei: niet veel bijzonders. Tenminste, zo lijkt het. Op de gang is namelijk iets vreemds aan de hand: het wordt nooit morgen. Waarom is dat een probleem? Dat is een probleem omdat als het nooit morgen wordt er ook nooit een gisteren was en daarmee ook niet een vandaag. Niet een straks, niet een "zo net". Niks daarvan. We hebben alleen nu. Ja, precies, alleen een "nu". In de gang komen en gaan de mensen. Lege kamers, nieuwe bewoners. 


-Hoe Komt Ik Daarboven? (2013) 

  "Er zijn hier torens, zo hoog dat niemand de toppen meer kan zien omdat het wolkendek hen uit het oog onttrekt. En zelfs op die zeldzame dagen dat een storm de wolken wegblaast en de lucht weer helder is, reikt niemand zijn blik vergenoeg om het einde van deze titanische bouwwerken te aanschouwen" 

 In Hoe Kom Ik Daarboven? worden we voorgesteld aan Westerflier. Een avonturier die maar een ding wilt weten: Hoe kom ik daarboven? Hij heeft het al op allerlei manieren geprobeerd, maar na zijn laatste poging die hem een val van 80 meter opleverde van een kerktoren zoekt hij nu een andere weg. Niet via geloven, maar via de Rede. Het stuk rijmt zich via een montage van nieuwe dialogen en oude teksten uit de literatuur een weg tussen geloof en rede door. 


-Geen Dag Zonder Schrijven (2014) 

 Geen Dag Zonder Schrijven stelt de vraag naar wat geschiedenis is en in hoeverre wij daarvan kunnen leren. De Schrijver van het stuk bemoeid zich dan ook naar hartelust met de geschiedenis. Als het hem niet bevalt springt hij in. Het stelt kritische vragen aan de historische personages. Daar zijn die personages niet blij mee. Het levert een Brechtiaanse liefdesbrief aan de stad Maastricht en haar vele verhalen op. 


-PAPPA STALIN (2016) 

"Lieverd, word eens wakker! Pappa Stalin is dood." 

Deze zin, zoals in 1954 gesproken door Jelle's grootvader, leverde een stuk op over de vraag naar vaderschap. Een tekening van een man met een snor, een lijfarts onder een bed en de grote vraag: Wat is een vader als de man van staal ook een pappa wordt genoemd? 


-Ooit was Hij een Vis (2018)

(Samen met Samuel A. Bom)

"’s Avonds gaan de gordijnen dicht. Dat doen we. Een enkeling die niets te verbergen heeft houdt ze open, maar vaak gaan ze dicht."

Ooit was Hij een Vis is een stuk over eenzaamheid, vertwijfeling en het zoeken naar de realiteit in een wereld waarin een man een vis is geworden.


-Hoe Kom Je van een Lijk Af (2019)

 Twee mannen en een lijk. Een hamer, een zaag, een badkamer, een woonkamer en een fles wijn zonder bodem.

De grote vraag? Hoe kom je van een lijk af?


In deze korte gruwelijke eenakter met pratende lijken en onnodig gecompliceerde gesprekken over locaties en voorwerpen, onderzoekt Jelle de gruwelijkheid van de suggestie. Het resultaat is een humoristisch, surrealistisch horrorstuk met een dikke knipoog naar alle clichés die we kennen uit het genre van de 'murder mystery'.

Interesse in een van de bovenstaande stukken?
Neem contact op!